Ik vind jou

A Omslag

  • naam van de schrijver(s): Kortsmit & lotz
  • titel: Ik vind jou
  • uitgever: de vliegende hollander
  • jaar van uitgave: 2010
  • eigen naam en klas: Nienke, 4T2

B. Samenvatting

Valerie heeft nog niet zo lang geleden haar man verloren. Om tot rust te komen logeert ze samen met haar dochter Nicole in het huis van een vriendin. Nicole is 4 jaar oud. Op een dag zit Valerie in de tuin en ze hoort geschreeuw bij de buurvrouw Julia. Een buurvrouw die ze overigens amper kent. Haar dochter is verdwenen, ze is door een gat gekropen en blijkt zich in de tuin van Julia te bevinden. Valerie ziet hoe Julia iets fluistert in het oor van haar dochter. Kort daarna sterft Julia. Valerie spoedt zich naar het huis, ziet een gedaante in de woonkamer en vlucht met haar dochter Nicole. Nicole wordt veel verhoord maar laat maar heel weinig los. Ze worden achtervolgd door de moordenaar Jurgen. Maar gelukkig is Philip er ook, ookal is hij niet wie hij zegt wie hij is want Philip is de ex van Julia en Julia had Philip gedumpt, Er was een bankoverval geweest met een gijzeling en daar had Julia geld van. Philip hoorde dat Julia terug kwam naar Nederland omdat haar vader niet lang meer te leven had, Philip heeft haar in de gaten gehouden en is er achter gekomen waar het geld lag. Aan het eind van het boek is het geld bij Valerie in het huis en 'beroofd' Philip haar maar hij wordt tegen gehouden door de politie. Helemaal aan het eind van het boek gaan Valerie en Nicole op vakantie naar Florida naar Disneyworld, op het vliegveld haalt Nicole geld uit de jaszak van haar pop en dan is het boek afgelopen

C Spanning.

3 trucs waardoor de schrijver het boek spannend heeft gemaakt en geef daarbij voorbeelden:

  1. de personages van het verhaal komen in gevaarlijke situaties terecht. -> Julia fluistert Nicole wat in het oor. Aan het eind van het boek beroofd Philip Valerie
  2. het verhaal bevat een onverwachte wending -> je verwacht niet dat Philip een relatie had met Julia en dat hij alleen maar uit is op het geld
  3. er is een globale spanning -> want door heel het boek vraag je je tocht wel af wat het motief is van de moord, waar het geld ligt en hoe het afloopt met Valerie en Nicole.

D Personages

wie is de hoofdpersoon:

  • de hoofdpersoon is Valerie, want je ziet alles door haar ogen. Ze is erg zorgzaam en beschermend naar haar dochter toe maar ook angstig door de gebeurtenissen en verdrietig doordat haar man is overleden. Twee positieve eigenschappen zijn: Ze houd zich sterk tegenover Nicole, dat zie je in het politie bureau als Nicole wordt verhoord. Ze kan dingen achter zich laten, dat zie je als ze op het eind naar disneyland gaan in Florida dat ze een nieuwe start maakt. Twee negatieve eigenschappen zijn: ze vertrouwt soms te snel mensen, Ze vertrouwt Philip heel snel zonder dat ze veel over hem weet. En ze is heel snel in paniek, als ze Nicole kwijt is of als ze andere dingen kwijt is.

op welke manier leer je de hoofdpersoon kennen?

  • je leert de hoofdpersoon kennen doordat je mee kijkt door haar ogen mee zo kom je te weten wat ze denkt en wat ze voelt.

welke bijfiguur vond je het meest sympathiek? welke het minst? waarom?

  • ik vind Nicole het meest sympathiek, omdat ze een schokkende ervaring heeft mee gemaakt en toch kind blijft. Ze is ook heel lief tegenover haar moeder
  • Het minst vind ik Philip, niet omdat je aan het eind weet wat zijn echte bedoelingen waren maar omdat ik hem door heel het boek al niet bij Valerie vond passen.

E vertelsituatie/ perspectief

  • je ziet het door de ogen van valerie dus is het de Ik-perspectief of ik-vertelsituatie. Een voorbeeld is als ze op het vliegveld zitten: ik kijk op van onze vliegtickets naar het infoscherm waarip de uitgaande vluchten worden aangekondigd. Die van ons vind ik vrijwel meteen: hij vertrekt om 14.10 uur met als berstemming Disneyworld in Orlando, Florida. het is een van de bestemmingen waar menno en ik vaak over droomden. Nicole staat naast me, h oofd in haar nek. ze imiteert mijn blik, ook al zegt de vluchtinformatie haar niets. als ze naar me omkijkt lacht ze; ze heeft menno's lach. Zo is hij toch nog bij ons, en wordt onze droom eindelijk werkelijkheid

F tijd en volgorde

in welke tijd speelt het verhaal zich af?

  • Het speelt zich af in het 'nu' omdat alles in het boek wel bekend voor komt met hoe het nu zou kunnen gaan

Hoe lang is de vertelde tijd

  • een paar maanden of een half jaar

welke trucs past de schrijver toe om het verteltemp te bepalen?

  • tijdsprongen
  • flashback
  • tijdversnellingen

in welke volgorde wordt de gebeurtenissen verteld:

  • in een Chronologische volgorde

G Ruimte

  • Het verhaal speelt zich af in Nederland, in de tuin van Julia in het appartament/huis van Valerie en een stukje in het buitenland.

H Thema en motieven

omschrijf het thema van het boek

  • Het thema van het boek is liefde, angst, moord en vertrouwen

Noem tenminste drie verhaalmotieven.

  • moord
  • liefde
  • wraak

verklaar de titel van het boek

  • Ik vind jou betekent heel veel in het boek, het kan slaan op dat de dader van de moord op Julia wil weten wat Julia tegen Nicole heeft gezecht. Of dat ze het geld willen vinden. Of dat mensen Nicole en Valerie willen vinden